Afhankelijk van het gekozen sjabloon bij de aanmaak van het document worden de verschillende beschikbare stencils weergegeven in het shapevenster.

Een stencil is een verzameling van shapes die verbonden zijn met een bepaald Visio-sjabloon.
Zo beschikt het sjabloon "Basisdiagram" in de categorie "Algemeen" over de drie stencils, namelijk het stencil "Achtergronden", het stencil "Randen en titels", en het stencil "Basisshapes".

Om een stencil te ontvouwen klik je de titel van het stencil en worden alle shapes in dit stencil weergegeven.

De verschillende shapes in een stencil noemen we de modelshapes.

Wanneer je een modelshape vanuit een stencil sleept naar de tekenpagina, plaats je een exemplaar, of beter gezegd een kopij, van dit modelshape in het document.

Het modelshape blijft beschikbaar in het stencil en kunnen we meerdere malen gebruiken.

Om dit, of gelijk welk ander stencil te openen in het shapevenster klik je de knop "Bestand" in de menubalk, kies je "Shapes" in het drop-downmenu en kies je het stencil dat je wil openen uit één van de verschillende categorieën.
Een tweede, en misschien wel vlugste manier hiervoor is de knop "Shapes" te klikken in de standaard werkbalk.

Zoals je goed opmerkt kunnen we gelijk welk stencil openen, uit gelijk welke categorie.

Je kunt de afmetingen van het stencil wijzigen door de muisaanwijzer over de rand van het stencil te plaatsen, en wanneer deze wijzigt in een tweedelig pijltje, te klikken en te slepen tot wanneer je de gewenste grootte hebt bereikt.

Je kunt het stencil sluiten door de X in de titelbalk van het stencil te klikken.
Hoe je dit terug opent hebben we gezien in het vorige deel van deze les.