Home » Cursus Microsoft Excel » Absolute $ en relatieve celadressering (15/32)

Laatste update:

Absolute $ en relatieve celadressering (15/32)

Hoe gebruik je dollartekens in Microsoft Excel? Wat is een absolute celadressering? Wat is een relatieve celadressering?

Nu kom je bij een van de iets moeilijkere concepten in spreadsheets: het dollarteken. Ik maak me sterk dat je NIET met Excel of eender welke spreadsheettool kan werken als je niet weet wat het dollarteken doet. Als je nu denkt dat het dollarteken alleen maar over centen gaat, dan lees je toch maar beter eens aandachtig verder. ;-)

Celadres & celverwijzing

Eerder las je al dat we elke cel uniek identificeren door kolomletter en rijnummer te combineren. A2 verwijst naar de cel in kolom A op rij 2. Je ziet het celadres A2 dan staan in het naamvak.

Wanneer we in een formule verwijzen naar een andere cel, dan noemen we dat een celverwijzing.

In cel B2 verwijs ik naar cel A2. In B2 zal dus nu ook het getal 156 getoond worden.

Relatieve celadressering is de standaard

Eerder leerde je al bij over doorvoeren met de vulgreep. We voerden aangepaste lijsten door en ontdekten welke doorvoeropties er zijn al je doorvoert met de linkermuisknop en rechtermuisknop.

Je moet nu eens proberen een cel met een formule door te voeren. Dat lukt, hé? We moeten eens goed kijken wat er eigenlijk gebeurt.

Stel dat je op rij 2 een simpele formule hebt staan die verwijst naar 2 andere cellen, ook op rij 2. Als je die formule kopieert of doorvoert naar rij 3 tot 6, dan zie je dat op rij 3 de cellen van rij 3 worden gebruikt, op rij 4 de cellen van rij 4 enzovoort.

In C2 staat er dus eigenlijk niet “neem de de som van 1 en 6”, maar wel “neem de som van de getallen in de cel die links naast mij staat en de cel links daarnaas”.

De celverwijzing (de cel waarnaar je verwijst) kan dus veranderen. We noemen ze daarom relatief. Het tegenovergestelde van absoluut.

Nog anders gezegd: eigenlijk staat er niet dat je altijd A2 moet optellen bij B1. Er staat dat je de som moet nemen van de cel die links naast de geselecteerde cel staat (naast C2 dus hier) en de cel links daarvan. A2 en B2 voor de geselecteerde cel C1 dus, maar ook bijvoorbeeld A6 en B6 als je de formule kopieert naar C6 en C6 selecteert.

Die relatieve celadressering is natuurlijk heel erg handig om snel berekeningen te maken die per record gebruik maken van specifieke gegevens. Wil je op 1.000 rijen telkens een som maken? Dan moet je die som niet 1.000 x intypen, maar je doet het een keer en je voert dan door (met de vulgreep). Standaard pakt het programma de juiste getallen per rij.

Tip | Snel doorvoeren door te dubbelklikken

Als je dubbelklikt op de vulgreep voert Excel automatisch door tot de volgende lege cel. Zo kan je zonder met je vingers in de knoop te raken duizenden rijen doorvoeren.

In het voorbeeld hierboven voerde ik door in de rijen, maar je kan natuurlijk ook doorvoeren naar rechts (of links). Het principe blijft hetzelfde: standaard zijn de celverwijzingen relatief en verwijzen ze naar de positie van een cel ten opzichte van de geselecteerde cel in plaats van naar een absolute cel.

Hetzelfde concept, maar nu voer ik door naar rechts. Eigenlijk betekent B1-B2 in B3 dat je altijd het verschil moet nemen van de 2 bovenstaande cellen

Gebruik absolute celverwijzingen als de cellen niet mogen veranderen.

Stel dat je voor elke rij de waarde in kolom A x 5 wil doen. Je zou overal in de formule de 5 manueel kunnen typen, of je kan verwijzen naar de 5 in cel B1.

Als we gewoon doorvoeren zien we echter snel foute resultaten.

Voor alle duidelijkheid: hier maak ik dus bewust een fout. 7 * 5 is niet 25200. Oorzaak? Door de relatieve celadressering zeg je in B8 niet “neem het product van 7 en 5”, maar wel “neem het product van de cel links naast mij met de cel boven mij, ic. 7 * 3600”.

Wat er fout loopt zie je door op een van de cellen te dubbelklikken waarvoor het resultaat niet klopt. Zie je welke cellen gebruikt worden in de berekening? Dat klopt natuurlijk niet. De waarde in kolom A moet telkens een rij naar beneden schuiven, maar die 5 is altijd te vinden op rij 1. Die 1 moet 1 blijven, moet absoluut worden.

Je zou ervoor moeten kunnen zorgen dat hoe je ook doorvoert altijd cel B1 wordt gebruikt. Dat kan met de zogenaamde absolute celadressering.

Hoe doe je dat? Voeg in de formule in B2 waar je naar B1 verwijst dollartekens in in de celverwijzing. B1 wordt dan $B$1. Je kan die dollartekens gewoon typen, maar ik vind dat vervelend. onze toetsenborden lijken daar niet voor gemaakt.

Veel gemakkelijker geef je de dollartekens in door enkele keren op de functietoets F4 te drukken wanneer je cursor vlak na B1 staat. Je wisselt dan tussen verschillende celadresseringen, en komt op een bepaald moment $B$1 tegen.

Dat is veel sneller dan dat geknoei met het dollarteken op je toetsenbord.

Ik zet mijn cursor na de B1 en klik dan enkele keren op de toets F4 om de verschillende celadresseringen te tonen. Ik stop bij de versie met 2 dollartekens en voer dan door door te dubbelklikken op de vulgreep.

Wanneer ik formules maak lees ik zo’n dollarteken altijd als “vast”. Dus, je vermenigvuldigt de waarde in kolom A met de waarde van de cel in de vaste kolom B op de vaste rij 1. Voor mij maakt dat duidelijk wat ik aan het doen ben.

Gemengde celadressering

Er bestaat ook een tussenvorm waarbij absolute en relatieve celadressering tegelijk worden gebruikt. Dat noteer je dan met 1 dollarteken. Twee voorbeelden.

Neem nu mijn voorbeeld van hierboven. Is het noodzakelijk dat ik ook de kolom B absoluut maak? Nee, want ik voer enkel door binnen kolom B. Het enige wat echt vast moet zijn is de 1.

Ik maak nu enkel de rij absoluut, want mijn kolom verandert toch niet.

Klinkt dat moeilijk? Het is het niet. Misschien moet je eens wat oefening in Excel.

Kan je onderstaande oefening oplossen (vermenigvuldig de rijen en kolommen) door 1 formule te maken die je naar onder en vervolgens naar rechts doorvoert met de vulgreep? De oplossing staat onder de afbeelding, dus scroll niet te ver door als je niet wil spieken.

Maak een formule in B2.

En hier is de oplossing:

Wat absoluut moet zijn is kolom A én rij 1, voor de rest moet alles relatief zijn om gebruik te kunnen maken van de juiste getallen per kolom of rij

Als je dat gedoe met die dollartekens hier niet goed snapt, dan ben je eigenlijk verloren in Excel. Daarom stel ik voor dat je op deze pagina blijft tot je echt snapt waarvoor ze dienen.

Snap je er dus niks van? Hop, ga terug naar START hierboven. ????

Office-toepassingen

Cursus MS Excel

Cursus MS Word

Cursus MS PowerPoint

Cursus MS Outlook

Cursus MS Access

Grafische programma's

Basiscursus Adobe Photoshop

Basiscursus GIMP

Basiscursus Adobe Lightroom

Mobiel

Cursus Android smartphones

Bedrijfstoepassingen

Cursus Google Analytics

Cursus Google Ads

Cursus SEO

Cursus Wordpress