Met het selectiepenseel kan je op twee manieren selecties maken.
Je kan in de modus "Selectie" over het gebied tekenen dat u wilt selecteren, of je kunt met een halftransparante bedekking in de modus "Masker" over de gebieden tekenen die u niet wilt selecteren.

We kunnen de "Toverstaf" gebruiken wanneer we grote gebieden met eenzelfde kleur, bijvoorbeeld een hemel, willen selecteren.
Afhankelijk van de waarde in het vak "Verdraagzaamheid" zal de afwijking van de, in dit geval blauwwaarde, worden bepaald.
Bijvoorbeeld, heb je een blauwe pixel geklikt in de foto, en je verhoogt de waarde zullen er meer blauwwaarden die in de buurt liggen mee worden geselecteerd. Verlaag je de waarde dan zullen er minder blauwwaarden worden geselecteerd.

We kunnen aan een selectie toevoegen door de Shifttoets ingedrukt te houden terwijl we op een
niet-geselecteerd gebied klikken. Wens je een gebied uit de selectie te verwijderen, hou je Alt-toets op je toetsenbord ingedrukt, en klik je op het gebied dat je wilt verwijderen.
Een tweede manier hiervoor is door gebruik te maken van de knoppen "Toevoegen aan selectie" en "Verwijderen uit selectie".

Om een selectiegebied aan te passen klik je de knop "Selecteren" in de menubalk.
In het drop-downmenu plaats je de muisaanwijzer over de optie "Bewerken".

Dit geeft ons een submenu met vier mogelijkheden:

1. Kader
2. Vloeiend
3. Vergroten
4. Slinken

Met de opdracht "Kader" maak je een selectiekader met zachte randen. Wanneer je een nieuw selectiekader maakt, worden alleen de pixels tussen de twee selectiekaders geselecteerd.

Je kunt deze selectie gebruiken om naar een nieuwe laag te kopiëren en daarna te bewerken, of om een omtrek van een nieuwe afbeelding te maken.